JOR 2014/196
Stuiten van verjaring door rechtspersoon in de zin van artikel 3:305a lid 1 BW kan door aanmaning of mededeling als bedoeld in artikel 3:317 BW
HR 28-03-2014, ECLI:NL:HR:2014:766 (VEB NCVB/Deloitte Accountants)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
28 maart 2014
- Magistraten
E.J. Numann
- Zaaknummer
13/04530
- Roepnaam
VEB NCVB/Deloitte Accountants
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht (V)
Vermogensrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:766, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 28‑03‑2014
Conclusie, Hoge Raad, 12‑02‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:219, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑02‑2014
- Wetingang
BW art. 3:305a, 3:317; Rv art. 392
Essentie
Stuiten van verjaring door rechtspersoon in de zin van artikel 3:305a lid 1 BW kan door aanmaning of mededeling als bedoeld in artikel 3:317 BW
Samenvatting
De openbare maatschap Deloitte Accountants (hierna: de Deloitte Maatschap) heeft de jaarrekeningen van Koninklijke Ahold NV over de boekjaren 1999, 2000 en 2001 van een goedkeurende accountantsverklaring voorzien. VEB meent dat deze goedkeurende verklaringen voldoende grondslag misten, dat beleggers daardoor op het verkeerde been zijn gezet en schade hebben geleden waarvoor de Deloitte Maatschap en aan haar gelieerde personen (hierna tezamen: de Deloitte Maatschap c.s.) aansprakelijk zijn. In verband daarmee heeft VEB ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.