JWB 2009/87
Schuldsanering
HR 20-03-2009, ECLI:NL:HR:2009:BH3097
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
20 maart 2009
- Zaaknummer
08/02525
- LJN
BH3097
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Rechter
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2009:BH3097, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑03‑2009
ECLI:NL:HR:2009:BH3097, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 20‑03‑2009
- Wetingang
Art. 81 RO
Essentie
Schuldsanering
Samenvatting
Casus
Na faillissement van verzoeker tot cassatie heeft hij een verzoekschrift tot toepassing van de schuldsaneringsregeling ingediend. Dit verzoek is door de rechtbank afgewezen op de grond dat niet aannemelijk is geworden dat verzoeker ten aanzien van het onbetaald laten van de schulden te goeder trouw is geweest. Daartoe heeft de rechtbank overwogen dat verzoeker gedurende de vijf weken die hij in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht naar aanleiding van een door zijn echtgenote tegen hem gedane aangifte van mishandeling, onvoldoende maatregelen heeft genomen om de teloorgang van het bedrijf dat hij in maatschapsvorm met zijn echtgenote dreef, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.