TvI 2021/24
HR, 03-07-2020, nr. 16/02741
HR 03-07-2020, ECLI:NL:HR:2020:1223, m.nt. mr. dr. M. Zilinsky
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
3 juli 2020
- Zaaknummer
16/02741
- Noot
mr. dr. M. Zilinsky
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS277324:1
- Vakgebied(en)
Internationaal privaatrecht (V)
Verbintenissenrecht (V)
Insolventierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1223, Uitspraak, Hoge Raad, 03‑07‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:214, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 06‑03‑2020
ECLI:NL:HR:2017:2269, Uitspraak, Hoge Raad, 08‑09‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:427, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 12‑05‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 24‑06‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 17‑05‑2016
Noot
Auteur: mr. dr. M. Zilinsky1
Peeters/Gatzen-vordering en Verordening Brussel I-bis: een probleem van lokalisatie, noot bij Hoge Raad 3 juli 2020, ECLI:NL:HR:2020:1223, NJ 2020/388, m.nt. A.J. Berends (Rosbeek/BNP)
1. Inleiding
In 2017 heeft de Hoge Raad een aantal prejudiciële vragen aan het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna HvJ EU) gesteld.2 Het HvJ EU heeft slechts één van de gestelde vragen beantwoord.3 De beantwoorde vraag heeft betrekking op de kwalificatie van de Peeters/Gatzen-vordering in het (Europees) internationaal privaatrecht, in het bijzonder de vraag of een dergelijke vordering insolventierechtelijk dan wel civielrechtelijk moet worden ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.