Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsregeling GLB 2023
Artikel 2 Bevoegdheden minister
Geldend
Geldend vanaf 01-12-2023
- Bronpublicatie:
09-10-2023, Stcrt. 2023, 28459 (uitgifte: 17-10-2023, regelingnummer: WJZ/ 27399369)
- Inwerkingtreding
01-12-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-10-2023, Stcrt. 2023, 28459 (uitgifte: 17-10-2023, regelingnummer: WJZ/ 27399369)
- Vakgebied(en)
Agrarisch recht (V)
Overheidsfinanciën / EU-financiën
1.
De minister verstrekt rechtstreekse betalingen inzake:
- a.
basisinkomenssteun voor duurzaamheid;
- b.
aanvullende herverdelende inkomenssteun voor duurzaamheid;
- c.
aanvullende inkomenssteun voor jonge landbouwers;
- d.
de eco-regeling.
2.
De minister verstrekt voorts betalingen inzake de regeling voor zeldzame landbouwhuisdierrassen.
3.
De minister stelt elk jaar voor alle in het eerste en tweede lid genoemde betalingen het eenheidsbedrag vast binnen de marges, bedoeld in artikel 102, tweede lid, van verordening (EU) 2021/2115, waarbij eerst een voorlopig en daarna een definitief eenheidsbedrag kan worden vastgesteld.
4.
De minister kan middelen bestemd voor de in het eerste lid genoemde rechtstreekse betalingen herverdelen overeenkomstig artikel 101, derde lid, van verordening (EU) 2021/2115.
5.
De minister is bevoegd tot het uitbetalen, terugvorderen en verrekenen van betalingen en het opleggen van sancties.