Einde inhoudsopgave
Beleidsregels particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus 2019
1.2 Recherchebureau
Geldend
Geldend vanaf 12-04-2019
- Bronpublicatie:
01-04-2019, Stcrt. 2019, 19733 (uitgifte: 11-04-2019, regelingnummer: 2387622)
- Inwerkingtreding
12-04-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
01-04-2019, Stcrt. 2019, 19733 (uitgifte: 11-04-2019, regelingnummer: 2387622)
- Vakgebied(en)
Openbare orde en veiligheid / Bijzondere onderwerpen
Politierecht / Bijzondere onderwerpen
Bestuursrecht algemeen / Besluit (algemeen)
Relevante artikelen: artikel 1, eerste lid, onder e en f, artikel 2 van de wet.
Recherchewerkzaamheden kunnen raken aan de persoonlijke levenssfeer van burgers. Het gaat daarbij immers om het vergaren en analyseren van gegevens van personen. De reden tot het stellen van regels voor recherchebureaus ligt daarom voor een groot deel in het beschermen van de persoonlijke levenssfeer van de personen wiens gegevens worden verwerkt. Daarbij spelen aspecten zoals het belang van wettelijke waarborgen voor de betrouwbaarheid van het personeel van deze organisaties, een correcte presentatie tegenover opdrachtgevers en burgers en een goede afstemming met de politie een belangrijke rol.
Volgens de systematiek van de wet is voor de vraag of een bedrijf een recherchebureau is en derhalve vergunningplichtig is, van belang of er door het desbetreffende bedrijf recherchewerkzaamheden worden verricht of aangeboden in de hoedanigheid van een recherchebureau, zoals gedefinieerd in artikel 1, eerste lid, onder e en f van de wet.
Of een bedrijf een recherchebureau is en derhalve vergunningplichtig is, wordt bepaald door:
- –
het soort werkzaamheden (vergaren én analyseren van gegevens);
- –
het doel waarmee en de wijze waarop de gegevens worden vergaard en geanalyseerd (in de uitoefening van een beroep of bedrijf met winstoogmerk, voor zover die werkzaamheden worden verricht op verzoek van een derde, in verband met een eigen belang van deze derde en betrekking hebben op een of meer bepaalde natuurlijke personen).
Werkzaamheden die het karakter dragen van het vergaren en analyseren van gegevens, zoals genoemd in artikel 1, eerste lid, onder e van de wet, worden derhalve gezien als recherchewerkzaamheden. Het is niet van betekenis in welke vorm de gegevens worden vergaard of geanalyseerd. Daarbij wordt geen onderscheid gemaakt in het onderzoek in openbare of gesloten bronnen. Ook is daarbij niet van belang dat de gegevens desgevraagd door de betrokken persoon zelf vrijwillig ter beschikking worden gesteld.
De handeling van het plaatsen van de gegevens in een rapport valt ook onder het analyseren van gegevens. Het bedrijf moet immers de verzamelde gegevens bekijken en bepalen wat in het rapport wordt opgenomen.
De wet is niet slechts van toepassing op natuurlijke personen of rechtspersonen die het verrichten van recherchewerkzaamheden als primaire taak of doelstelling hebben. Ook organisaties waar recherchewerkzaamheden slechts een onderdeel vormen van het geheel aan werkzaamheden vallen voor dat onderdeel onder de wet en dienen daarvoor een vergunning aan te vragen. Daarbij kunnen zij de vergunningaanvraag beperken tot dat gedeelte van hun werkzaamheden en dat onderdeel van hun bedrijf dat recherchewerkzaamheden verricht.
Personen of (onderdelen van) bedrijven die in opdracht van derden integriteitsrisicoanalyses of pre-employment checks doen zijn, indien aan de genoemde definities wordt voldaan, vergunningplichtig. Dat geldt eveneens voor personen of organisaties die onderzoek doen naar Cybercrime, zoals computerhacks, voor zover het onderzoek (tevens) gericht is op personen.