Einde inhoudsopgave
Verdrag tot samenwerking inzake octrooien
Artikel 35 Het verslag van de internationale voorlopige beoordeling
Geldend
Geldend vanaf 29-03-1978
- Bronpublicatie:
19-06-1970, Trb. 1973, 20 (uitgifte: 13-02-1973, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
29-03-1978
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-07-1979, Trb. 1979, 104 (uitgifte: 04-07-1979, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Intellectuele-eigendomsrecht / Octrooirecht
1.
Het verslag van de internationale voorlopige beoordeling wordt opgesteld binnen de voorgeschreven termijn en in de voorgeschreven vorm.
2.
Het verslag van de internationale voorlopige beoordeling bevat geen verklaring over de vraag of de uitvinding waarvoor uitsluitende rechten worden verlangd, al dan niet octrooieerbaar is of lijkt overeenkomstig de nationale wetgeving. Het verklaart, met inachtneming van het bepaalde in het derde lid, ten aanzien van elke conclusie, of zij lijkt te voldoen aan de maatstaven van nieuwheid, uitvinderswerkzaamheid (het niet voor de hand liggen) en het vatbaar zijn voor toepassing op het gebied van de nijverheid, zoals deze voor de internationale voorlopige beoordeling zijn omschreven in artikel 33, eerste tot en met vierde lid. De verklaring gaat vergezeld van de aanhaling van de literatuurplaatsen waarvan wordt aangenomen dat zij de uiteengezette gevolgtrekking staven met de toelichtingen die de omstandigheden van de zaak mogelijk vereisen. De verklaring gaat tevens vergezeld van eventuele andere opmerkingen zoals bepaald in het Reglement.
3
a)
Indien, op het tijdstip van opstelling van het verslag van de internationale voorlopige beoordeling de Instantie voor de internationale voorlopige beoordeling van oordeel is dat een van de omstandigheden zoals bedoeld in artikel 34, vierde lid, onder a), bestaat, dient dit verslag haar oordeel en de daaraan ten grondslag liggende redenen te vermelden. Het bevat geen verklaring zoals bepaald in het tweede lid.
b)
Indien een omstandigheid ingevolge artikel 34, vierde lid, onder b), wordt bevonden te bestaan, dient het verslag van de internationale voorlopige beoordeling ten aanzien van de betrokken conclusies de verklaring zoals voorzien onder a) te bevatten, terwijl het, ten aanzien van de andere conclusies, de verklaring zoals voorzien in het tweede lid dient te bevatten.