Einde inhoudsopgave
RvdW 2017/903
Strafmotivering met verwijzing naar recidive niet zonder meer begrijpelijk.
HR 11-07-2017, ECLI:NL:HR:2017:1321
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
11 juli 2017
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, Y. Buruma, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
16/01296
- Conclusie
A-G mr. P.C. Vegter
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:1321, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 11‑07‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:641, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑06‑2017
Essentie
Strafmotivering met verwijzing naar recidive niet zonder meer begrijpelijk.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Amsterdam van 20 november 2015, nummer 23/003957-14, in de strafzaak tegen: [verdachte], adv.: mr. R.J. Baumgardt, te Spijkenisse.
Conclusie
Conclusie A-G mr. P.C. Vegter:
1.
De verdachte is bij arrest van 20 november 2015 door het hof Amsterdam wegens “openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen”, veroordeeld tot een taakstraf voor de duur van 80 (tachtig) uren, subsidiair 40 (veertig) dagen hechtenis, met aftrek als bedoeld in art. 27(a) Sr.
2.
Het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.