Einde inhoudsopgave
Burgerlijk Wetboek Boek 1
Artikel 109 [Gronden]
Geldend
Geldend vanaf 01-04-1995
- Redactionele toelichting
Het afdelingsopschrift is gewijzigd.
- Bronpublicatie:
07-07-1994, Stb. 1994, 570 (uitgifte: 09-08-1994, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 22487 Overheid.nl: 22487)
- Inwerkingtreding
01-04-1995
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-10-1994, Stb. 1994, 774 (uitgifte: 01-01-1994, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
Een echtgenoot kan opheffing van de gemeenschap verzoeken, wanneer de andere echtgenoot op lichtvaardige wijze schulden maakt, de goederen der gemeenschap verspilt, handelingen verricht, die kennelijk indruisen tegen het bestuur van de andere echtgenoot over goederen der gemeenschap, of weigert de nodige inlichtingen te geven omtrent de stand van de goederen der gemeenschap en van de daarop verhaalbare schulden en het over die goederen gevoerde bestuur.