V-N Vandaag 2020/1712:Feitenrechter moet volgens A-G beoordelen wie aansprakelijk is voor VPB-aanslag na mislukte HIR-constructie

V-N Vandaag 2020/1712

Feitenrechter moet volgens A-G beoordelen wie aansprakelijk is voor VPB-aanslag na mislukte HIR-constructie

Documentgegevens:

HR (A-G) 29-05-2020, ECLI:NL:PHR:2020:546

Instantie: Hoge Raad (Advocaat-Generaal)
Datum: 29 mei 2020
Zaaknummer: 19/03242
19/03245
Vakgebied(en): Vennootschapsbelasting / Winstbepaling
Inkomstenbelasting / Winst
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2021:143, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 29‑01‑2021
ECLI:NL:PHR:2020:546, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 29‑05‑2020
Wetingang: Wet inkomstenbelasting 2001 (BWBR0011353, 3.54)Wet op de vennootschapsbelasting 1969 (BWBR0002672, 15e)

Essentie

Advocaat-generaal Wattel concludeert dat op 31 december 2003 sprake is van een dubbele causaliteit voor de aanslag. Op 31 december 2003 wordt namelijk, bij dezelfde transactie, zowel een achteraf ondeugdelijke garantie gegeven als art. 15e Wet VPB geactiveerd.

Samenvatting

Drafcentrum Hilversum bv (D bv) beschikt over een HIR. Omdat een herinvestering in een draf- en renbaan in Almere niet doorgaat, wordt, op aanwijzing van A bv, besloten binnen de herinvesteringstermijn te investeren in vastgoedparticipaties. D bv boekt de HIR op 31 december 2003 af op de kostprijs van de vastgoedparticipaties en Paardensport ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.