NJ 2013/110
In slaap brengen is geen wederrechtelijke vrijheidsberoving.
HR 20-11-2012, ECLI:NL:PHR:2012:BX5468, m.nt. N. Rozemond
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
20 november 2012
- Magistraten
Mrs. A.J.A. Van Dorst, W.F. Groos, Y. Buruma, J. Wortel, N. Jörg
- Zaaknummer
11/01435
- Conclusie
A-G mr. G. Knigge
- Noot
N. Rozemond
- LJN
BX5468
- JCDI
JCDI:ADS161610:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2012:BX5468, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 20‑11‑2012
ECLI:NL:PHR:2012:BX5468, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑11‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 15‑11‑2011
Essentie
Het iemand heimelijk een slaapmiddel toedienen waardoor deze in slaap valt en geen bewegingsvrijheid heeft, kan niet worden aangemerkt als wederrechtelijke vrijheidsberoving cfm art. 282 Sr. Onder omstandigheden kan het iemand in (tijdelijke) staat van bewusteloosheid of onmacht brengen, worden aangemerkt als opzettelijke benadeling van de gezondheid cfm art. 300 lid 4 Sr.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 15 maart 2011, nummer 22/006266-08, in de strafzaak tegen: P. Adv. mr. R.J. Baumgardt, te Spijkernisse.
Voorgaande uitspraak
Cassatiemiddel:
(zie 2.1; red. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.