Einde inhoudsopgave
Wet inzake bloedvoorziening
Artikel 5
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1998
- Bronpublicatie:
04-12-1997, Stb. 1997, 645 (uitgifte: 16-12-1997, kamerstukken: 25649)
- Inwerkingtreding
01-01-1998
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-12-1997, Stb. 1997, 645 (uitgifte: 16-12-1997, kamerstukken: 25649)
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht / Individuele gezondheidszorg
1.
De Bloedvoorzieningsorganisatie voert de werkzaamheden betreffende het inzamelen van bloed en het bereiden van bloedproducten, alsmede het bewaren, verpakken, etiketteren, vervoeren en afleveren daarvan, op verantwoorde wijze uit. Onder verantwoord wordt in ieder geval verstaan: doeltreffend en doelmatig alsmede gericht op een zo hoog mogelijke kwaliteit van de bloedproducten en een zo groot mogelijke veiligheid van donor en gebruiker.
2.
Onze Minister kan de Bloedvoorzieningsorganisatie omtrent het eerste lid voorschriften geven. Deze voorschriften kunnen onder meer betrekking hebben op:
- a.
de personen die bij de uitvoering van de werkzaamheden zijn betrokken;
- b.
de ruimten waarin en de middelen waarmee de werkzaamheden worden uitgevoerd;
- c.
het inzamelen van bloed;
- d.
het bereiden van tussenproducten en bloedproducten uit het ingezamelde bloed, alsmede het bewaren, verpakken, etiketteren, vervoeren en afleveren daarvan;
- e.
het voeren van een administratie en het verwerken van de geadministreerde gegevens.
3.
De voorschriften worden in de Staatscourant bekendgemaakt.