NJB 2019/706
Diefstal van elektriciteit door terugdraaien elektriciteitsmeter: deze diefstal kan worden bewezenverklaard in aanmerking genomen dat de verdachte ten tijde van het afnemen van de elektriciteit het oogmerk had de ten behoeve van de hennepplantage afgenomen elektriciteit zich wederrechtelijk toe te eigenen. Daartoe is i.c. mede van belang dat de verdachte door de manipulatie van het telwerk de gebruikelijke berekening van de werkelijke hoeveelheid in de bewezenverklaarde periode afgenomen elektriciteit aan de hand van meterstanden heeft verstoord, waarmee wordt beoogd dat die werkelijke hoeveelheid niet wordt meegenomen in de vaststelling van de verschuldigde vergoeding over de in die periode verbruikte elektriciteit. De enkele omstandigheid dat het afnemen van elektriciteit dat gepaard gaat met manipulatie van de registratie van de hoeveelheid afgenomen stroom, onder omstandigheden (ook) kan worden aangemerkt als een ander delict dan diefstal – zoals oplichting – maakt dat niet anders
HR 12-03-2019, ECLI:NL:HR:2019:335
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
12 maart 2019
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, A.L.J. van Strien, M.J. Borgers, J.C.A.M. Claassens en A.E.M. Röttgering
- Zaaknummer
17/00236
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:335, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 12‑03‑2019
ECLI:NL:PHR:2018:1198, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑11‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 24‑07‑2018
- Wetingang
Essentie
Diefstal van elektriciteit door terugdraaien elektriciteitsmeter: deze diefstal kan worden bewezenverklaard in aanmerking genomen dat de verdachte ten tijde van het afnemen van de elektriciteit het oogmerk had de ten behoeve van de hennepplantage afgenomen elektriciteit zich wederrechtelijk toe te eigenen. Daartoe is i.c. mede van belang dat de verdachte door de manipulatie van het telwerk de gebruikelijke berekening van de werkelijke hoeveelheid in de bewezenverklaarde periode afgenomen elektriciteit aan de hand van meterstanden heeft verstoord, waarmee wordt beoogd dat die werkelijke hoeveelheid niet wordt meegenomen in de vaststelling van de verschuldigde vergoeding over de in die periode verbruikte ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.