RCR 2013/74
Oneerlijk boetebeding. Moet de rechter bij enig vermoeden dat een overeenkomst onder het bereik van Richtlijn 93/13/EEG valt daarnaar ambtshalve onderzoek doen?
HR 13-09-2013, ECLI:NL:HR:2013:691 (Heesakkers/Voets)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
13 september 2013
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, C.A. Streefkerk, C.E. Drion, G. Snijders, M.V. Polak
- Zaaknummer
12/00395
- Conclusie
A-G mr. M.H. Wissink
- Roepnaam
Heesakkers/Voets
- JCDI
JCDI:ADS180006:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:691, Uitspraak, Hoge Raad, 13‑09‑2013
ECLI:NL:PHR:2012:BY7854, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 21‑12‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 01‑12‑2011
- Wetingang
Essentie
Oneerlijk boetebeding.
Moet de rechter bij enig vermoeden dat een overeenkomst onder het bereik van Richtlijn 93/13/EEG valt daarnaar ambtshalve onderzoek doen?
Samenvatting
Eiser heeft verweerder opdracht gegeven om zijn woning te verbouwen. Verweerder heeft hiervoor aan eiser een offerte uitgebracht, die de basis is geweest van de aannemingsovereenkomst tussen hen.
Op de aannemingsovereenkomst zijn de algemene voorwaarden van verweerder van toepassing. Deze bevatten onder meer de bepaling dat bij te late betaling een rente van 2% per maand is verschuldigd. Over de eindafrekening van de werkzaamheden is een geschil gerezen tussen partijen.
In ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.