FED 2019/124
Betaalde dwangsom wegens niet tijdig beslissen op bezwaar als bedoeld in art. 4:17 Awb is uitsluitend verschuldigd in hoedanigheid van bestuursorgaan; onvoldoende verband met de dienstbetrekking.
HR 15-02-2019, ECLI:NL:HR:2019:138, m.nt. A.C.Smale
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
15 februari 2019
- Magistraten
Mrs. De Groot, Fierstra, Wortel, Beukers-van Dooren, Cools
- Zaaknummer
18/01914
- Noot
A.C.Smale
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS79027:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht (V)
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
Loonbelasting / Dienstbetrekking
Loonbelasting (V)
Loonbelasting / Loon
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:138, Uitspraak, Hoge Raad, 15‑02‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 27‑11‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:1338, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑11‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:1454, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑01‑2018
- Wetingang
Essentie
Betaalde dwangsom wegens niet tijdig beslissen op bezwaar als bedoeld in art. 4:17 Awb is uitsluitend verschuldigd in hoedanigheid van bestuursorgaan; onvoldoende verband met de dienstbetrekking.
Samenvatting
Belanghebbende is politiebeambte en heeft zijn werkgever (de korpschef) verzocht om herwaardering van zijn functie. Dit verzoek is afgewezen, waarna belanghebbende bezwaar heeft gemaakt tegen deze beslissing. Op het bezwaar van belanghebbende is door zijn werkgever niet-tijdig beslist, zodat op grond van artikel 4:17 Algemene wet bestuursrecht een dwangsom van EUR 490 wordt verbeurd. Dit bedrag is in oktober 2014 onder inhouding van loonheffing uitbetaald aan belanghebbende. Tussen partijen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.