RFR 2016/131
Familieprocesrecht. Vanaf wanneer is wettelijke rente verschuldigd over betaling wegens verrekening kosten huishouding, opgenomen in de samenlevingsovereenkomst?
HR 25-03-2016, ECLI:NL:HR:2016:493
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
25 maart 2016
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, A.M.J. van Buchem-Spapens, G. Snijders, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
14/03973
- Conclusie
A-G mr. P. Vlas
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS924743:1
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Familieprocesrecht
Verbintenissenrecht / Algemeen
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
Burgerlijk procesrecht / Rechtspleging van onderscheiden aard
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:493, Uitspraak, Hoge Raad, 25‑03‑2016
ECLI:NL:PHR:2015:2479, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑12‑2015
ECLI:NL:HR:2015:1140, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑04‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:150, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑02‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 31‑07‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 15‑07‑2014
- Wetingang
Essentie
Familieprocesrecht. Wettelijke rente. Verrekenbeding.
Vanaf wanneer is wettelijke rente verschuldigd over hetgeen de ene partij aan de andere partij moet betalen op grond van een beding inzake verrekening kosten huishouding opgenomen in de samenlevingsovereenkomst? Mocht het hof een nieuwe vordering in hoger beroep buiten behandeling laten zonder toepassing te geven aan art. 130 Rv?
Samenvatting
Partijen hebben samengewoond op grond van een samenlevingsovereenkomst. Tot de eenvoudige gemeenschap van partijen behoorde een woning. In art. 3 van de samenlevingsovereenkomst hebben zij een beding inzake de kosten van de huishouding opgenomen. Begin augustus 2009 is de vrouw uit ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.