Einde inhoudsopgave
Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 231/2013 tot aanvulling van Richtlijn 2011/61/EU ten aanzien van vrijstellingen, algemene voorwaarden voor de bedrijfsuitoefening, bewaarders, hefboomfinanciering, transparantie en toezicht
Artikel 28 Plaatsing van orders om namens abi's te handelen bij andere entiteiten ter uitvoering ervan
Geldend
Geldend vanaf 11-04-2013
- Bronpublicatie:
19-12-2012, PbEU 2013, L 83 (uitgifte: 22-03-2013, regelingnummer: 231/2013)
- Inwerkingtreding
11-04-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-12-2012, PbEU 2013, L 83 (uitgifte: 22-03-2013, regelingnummer: 231/2013)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Bij het kopen of verkopen van financiële instrumenten of van andere activa waarvoor optimale uitvoering relevant is, zet de abi-beheerder zich in voor de belangen van de door hem beheerde abi's wanneer hij in het kader van het beheer van hun portefeuille orders om namens de beheerde abi's te handelen bij andere entiteiten ter uitvoering plaatst.
2.
Abi-beheerders nemen alle redelijke maatregelen om het best mogelijke resultaat voor de abi of de beleggers in die abi te behalen, rekening houdend met de prijs, de kosten, de snelheid, de waarschijnlijkheid van uitvoering en afwikkeling, de omvang en de aard van de order, alsook met alle andere voor de uitvoering van de order relevante aspecten. Het relatieve gewicht van deze factoren wordt bepaald aan de hand van de criteria van artikel 27, lid 2.
Abi-beheerders gaan over tot de vaststelling, implementatie en toepassing van een beleid dat hen in staat stelt aan de verplichting van de eerste alinea te voldoen. In het beleid worden voor alle categorieën van instrumenten de entiteiten genoemd waarbij de orders kunnen worden geplaatst. De abi-beheerder gaat enkel uitvoeringsovereenkomsten aan indien dergelijke overeenkomsten in overeenstemming zijn met de in dit artikel vastgelegde verplichtingen. De abi-beheerder verstrekt de beleggers in de door hem beheerde abi's voldoende informatie over het overeenkomstig dit lid vastgestelde beleid en over wezenlijke veranderingen ervan.
3.
Abi-beheerders houden periodiek toezicht op de effectiviteit van het overeenkomstig lid 2 vastgestelde beleid, en met name op de uitvoeringskwaliteit van de in dit beleid genoemde entiteiten, en verhelpen in voorkomend geval eventuele tekortkomingen.
Voorts onderwerpen abi-beheerders het beleid jaarlijks aan een evaluatie. Een dergelijke evaluatie wordt ook verricht telkens als er zich een wezenlijke verandering voordoet met gevolgen voor het vermogen van de abi-beheerder om steeds het best mogelijke resultaat voor de door hem beheerde abi's te behalen.
4.
Abi-beheerders kunnen aantonen dat de orders die zij namens de abi hebben geplaatst, in overeenstemming zijn met het conform lid 2 vastgestelde beleid.
5.
Wanneer niet uit verschillende plaatsen van uitvoering kan worden gekozen, zijn de leden 2 tot en met 5 niet van toepassing. Abi-beheerders kunnen dan evenwel aantonen dat er niet uit verschillende plaatsen van uitvoering kan worden gekozen.