NJB 2017/2300:Witwassen door het voorhanden hebben van een voorwerp dat afkomstig is uit een door de verdachte zelf begaan misdrijf: in casu kon het hof oordelen dat niet aannemelijk is geworden dat het aangetroffen geldbedrag onmiddellijk afkomstig is uit eigen misdrijf. Het hof heeft daartoe in aanmerking kunnen nemen dat door of namens de verdachte niet met voldoende concretisering is aangevoerd dat dit geldbedrag uit eigen misdrijf afkomstig is, in welk verband het hof mede betekenis heeft toegekend aan de omstandigheid dat de verdachte verdere vragen omtrent de herkomst niet heeft willen beantwoorden