Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2018/1726 betreffende het Agentschap van de Europese Unie voor het operationeel beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht (eu-LISA), tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1987/2006 en Besluit 2007/533/JBZ en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 1077/2011
Artikel 25 Benoeming van de uitvoerend directeur
Geldend
Geldend vanaf 11-12-2018
- Bronpublicatie:
14-11-2018, PbEU 2018, L 295 (uitgifte: 21-11-2018, regelingnummer: 2018/1726)
- Inwerkingtreding
11-12-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-11-2018, PbEU 2018, L 295 (uitgifte: 21-11-2018, regelingnummer: 2018/1726)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht / Algemeen
Vreemdelingenrecht / Grensbewaking
EU-recht / Instituties
Informatierecht / ICT
1.
Na een open en transparante selectieprocedure benoemt de raad van bestuur de uitvoerend directeur uit een lijst van ten minste drie door de Commissie voorgedragen kandidaten. De selectieprocedure houdt in dat in het Publicatieblad van de Europese Unie en in andere geschikte media een oproep tot het indienen van blijken van belangstelling wordt geplaatst. De raad van bestuur benoemt de uitvoerend directeur op grond van verdiensten, bewezen ervaring op het gebied van grootschalige IT-systemen, capaciteiten inzake bestuur, financiën en beheer, en kennis van gegevensbescherming.
2.
De door de Commissie voorgestelde kandidaten worden verzocht vóór de benoeming een verklaring af te leggen voor de bevoegde commissie of commissies van het Europees Parlement en vragen van de commissieleden te beantwoorden. Na het horen van de verklaring en de antwoorden op de vragen, spreekt het Europees Parlement bij advies een oordeel uit en kan het zijn voorkeur uitspreken voor een bepaalde kandidaat.
3.
De raad van bestuur benoemt de uitvoerend directeur, rekening houdend met deze oordelen.
4.
Indien de raad van bestuur besluit een andere kandidaat te benoemen dan de kandidaat voor wie het Europees Parlement zijn voorkeur heeft uitgesproken, laat de raad van bestuur het Europees Parlement en de Raad schriftelijk weten hoe met het advies van het Europees Parlement rekening is gehouden.
5.
De ambtstermijn van de uitvoerend directeur is vijf jaar. Aan het einde van deze termijn voert de Commissie een beoordeling uit waarbij rekening wordt gehouden met haar evaluatie van de door de uitvoerend directeur bereikte resultaten en de toekomstige taken en uitdagingen van het Agentschap.
6.
Op grond van een voorstel van de Commissie, waarin rekening wordt gehouden met de in lid 5 bedoelde beoordeling, kan de raad van bestuur de ambtstermijn van de uitvoerend directeur eenmaal verlengen met ten hoogste vijf jaar.
7.
De raad van bestuur stelt het Europees Parlement in kennis van zijn voornemen om de ambtstermijn van de uitvoerend directeur te verlengen. De uitvoerend directeur wordt verzocht om in de maand die aan een verlenging voorafgaat een verklaring af te leggen voor de bevoegde commissie of commissies van het Europees Parlement en vragen van de commissieleden te beantwoorden.
8.
Een uitvoerend directeur wiens ambtstermijn is verlengd, mag na afloop van de volledige termijn niet deelnemen aan een andere selectieprocedure voor hetzelfde ambt.
9.
De uitvoerend directeur kan uitsluitend uit zijn functie worden ontheven bij besluit van de raad van bestuur op voorstel van meerderheid van zijn stemgerechtigde leden of op voorstel van de Commissie.
10.
De raad van bestuur neemt besluiten over de benoeming van de uitvoerend directeur, de verlenging van diens ambtstermijn en de ontheffing van de uitvoerend directeur uit zijn functie met een tweederdemeerderheid van zijn stemgerechtigde leden.
11.
Voor het sluiten van de arbeidsovereenkomst met de uitvoerend directeur wordt het Agentschap vertegenwoordigd door de voorzitter van de raad van bestuur. De uitvoerend directeur wordt in dienst genomen als tijdelijke functionaris van het Agentschap overeenkomstig artikel 2, onder a), van de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden.