JWB 2016/336
International privaatrecht, erkenning, rechterlijke beslissing, gezag, prorogatie, rechtsmacht
HR 23-09-2016, ECLI:NL:HR:2016:2184
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
23 september 2016
- Zaaknummer
15/05533
- Vakgebied(en)
Internationaal privaatrecht (V)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:2184, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 23‑09‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:366, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑05‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 01‑12‑2015
- Wetingang
Verordening Brussel IIbis, Haags Kinderbeschermingsverdrag 1996
Essentie
International privaatrecht, erkenning, rechterlijke beslissing, gezag, prorogatie, rechtsmacht
Samenvatting
Casus
De verzoekster tot cassatie en de verweerder in cassatie zijn in Nederland getrouwd. Uit het huwelijk zijn twee kinderen geboren. Partijen zijn naar de Verenigde Staten verhuisd. Aldaar heeft de verzoekster in cassatie een echtscheidingsprocedure aanhangig gemaakt. De rechter in de VS heeft hangende de echtscheidingsprocedure een door de partijen opgesteld ouderschapsplan bekrachtigd. Op basis van dit plan mocht de verzoekster tot cassatie met de kinderen naar Nederland verhuizen. De verzoekster tot cassatie is met de kinderen naar Nederland verhuisd. Het verzoek van de verweerder in cassatie tot teruggeleiding ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.