RSV 2019/200
Intrekking en terugvordering van bijstand na vermogensonderzoek in Turkije – vermogensonderzoek niet discriminatoir – relativiteitsvereiste staat in de weg aan beroep op het niet of gebrekkig aanbesteden van het vermogensonderzoek – college was bevoegd vermogensonderzoek uit te besteden aan Bureau Buitenland – inbreuk op respect voor privéleven gerechtvaardigd
CRvB 06-08-2019, ECLI:NL:CRVB:2019:2615
- Instantie
Centrale Raad van Beroep
- Datum
6 augustus 2019
- Magistraten
Mrs. J.T.H. Zimmerman, W.F. Claessens, M. Schoneveld
- Zaaknummer
17/7422 PW
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS74476:1
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid bijstand / Bijzondere onderwerpen
Sociale zekerheid bijstand / Algemene bijstand
- Brondocumenten
ECLI:NL:CRVB:2019:2615, Uitspraak, Centrale Raad van Beroep, 06‑08‑2019
- Wetingang
Art. 53a, 54 Participatiewet; art. 1Protocol 12 EVRM; art. 8, 14 EVRM; art. 8:69a Awb
Essentie
Intrekking en terugvordering van bijstand na vermogensonderzoek in Turkije – vermogensonderzoek niet discriminatoir – relativiteitsvereiste staat in de weg aan beroep op het niet of gebrekkig aanbesteden van het vermogensonderzoek – college was bevoegd vermogensonderzoek uit te besteden aan Bureau Buitenland – inbreuk op respect voor privéleven gerechtvaardigd
Samenvatting
De bijstand van betrokkene is ingetrokken en teruggevorderd op grond van vermogen in Turkije.
Het vermogensonderzoek is niet in strijd met het verbod van discriminatie verricht. Uit de gegevens kan niet worden afgeleid dat het college bij de selectie van de bijstandsgerechtigden voor onderzoek naar vermogen in het land ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.