Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) nr. 805/2004 tot invoering van een Europese executoriale titel voor niet-betwiste schuldvorderingen
Artikel 14 Betekening of kennisgeving zonder bewijs van ontvangst door de schuldenaar
Geldend
Geldend vanaf 21-01-2005
- Bronpublicatie:
21-04-2004, PbEU 2004, L 143 (uitgifte: 30-04-2004, regelingnummer: 805/2004)
- Inwerkingtreding
21-01-2005
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-04-2004, PbEU 2004, L 143 (uitgifte: 30-04-2004, regelingnummer: 805/2004)
- Vakgebied(en)
Internationaal privaatrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Betekening of kennisgeving van het stuk dat het geding inleidt, van een gelijkwaardig stuk en van enigerlei dagvaarding voor een terechtzitting aan de schuldenaar kan ook zijn geschied op een van de hierna vermelde wijzen:
- a)
in persoon op het persoonlijke adres van de schuldenaar, aan een persoon die als huisgenoot van de schuldenaar dezelfde woonplaats heeft of aldaar in dienst is;
- b)
wanneer de schuldenaar een zelfstandige of een rechtspersoon is, in persoon op het zakenadres van de schuldenaar, aan een persoon die bij de schuldenaar in dienst is;
- c)
door deponering van het stuk in de brievenbus van de schuldenaar;
- d)
door deponering van het stuk op het postkantoor of bij de bevoegde autoriteiten, en schriftelijke mededeling daarvan in de brievenbus van de schuldenaar, mits in de schriftelijke mededeling duidelijk wordt vermeld dat het om een gerechtelijk stuk gaat of dat deze schriftelijke mededeling rechtsgeldig is als betekening of kennisgeving en de toepasselijke termijnen doet ingaan;
- e)
per post zonder bewijs overeenkomstig lid 3 indien de schuldenaar zijn adres in de lidstaat van oorsprong heeft;
- f)
langs elektronische weg, blijkens een automatische aankomstbevestiging, op voorwaarde dat de schuldenaar vooraf uitdrukkelijk met deze wijze van betekening of kennisgeving heeft ingestemd.
2.
Voor de toepassing van deze verordening is betekening of kennisgeving overeenkomstig lid 1 niet toegestaan indien het adres van de schuldenaar niet met zekerheid bekend is.
3.
Betekening of kennisgeving overeenkomstig lid 1, onder a) tot en met d), blijkt uit:
- a)
een document dat is ondertekend door de bevoegde persoon die de betekening of de kennisgeving heeft verricht, en waarin het volgende wordt vermeld:
- i)
de wijze waarop betekening of kennisgeving is geschied, en
- ii)
de datum van betekening of kennisgeving, en
- iii)
indien het stuk ter betekening of kennisgeving is aangeboden aan een andere persoon dan de schuldenaar, de naam van die persoon en zijn relatie tot de schuldenaar,
of
- b)
voor de toepassing van lid 1, onder a) en b), een ontvangstbevestiging van de persoon aan wie betekening of kennisgeving is geschied.