Einde inhoudsopgave
Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2446 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 952/2013 met nadere regels betreffende een aantal bepalingen van het douanewetboek van de Unie
Artikel 226 Beroepsuitrusting
Geldend
Geldend vanaf 18-01-2016
- Bronpublicatie:
28-07-2015, PbEU 2015, L 343 (uitgifte: 29-12-2015, regelingnummer: 2015/2446)
- Inwerkingtreding
18-01-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-07-2015, PbEU 2015, L 343 (uitgifte: 29-12-2015, regelingnummer: 2015/2446)
- Vakgebied(en)
Europees belastingrecht / Belastingen EU
Douane (V)
(Artikel 250, lid 2, onder d), van het wetboek)
1.
Er wordt volledige vrijstelling van invoerrechten verleend voor beroepsuitrusting die aan de volgende voorwaarden voldoet:
- a)
zij behoort toe aan een buiten het douanegebied van de Unie gevestigde persoon;
- b)
zij wordt ingevoerd door een buiten het douanegebied van de Unie gevestigde persoon of door een in het douanegebied van de Unie gevestigde persoon die in dienst is van de persoon aan wie de beroepsuitrusting toebehoort;
- c)
zij wordt gebruikt door de importeur of onder diens toezicht, behalve in het geval van audiovisuele coproducties.
2.
Niettegenstaande lid 1 wordt er volledige vrijstelling van invoerrechten verleend voor draagbare muziekinstrumenten die tijdelijk worden ingevoerd door reizigers om te worden gebruikt als beroepsuitrusting. De reizigers mogen hun woonplaats zowel in als buiten het douanegebied van de Unie hebben.
3.
Er wordt geen volledige vrijstelling van invoerrechten verleend voor beroepsuitrusting die bestemd is om te worden gebruikt voor een van de volgende doeleinden:
- a)
de industriële vervaardiging van goederen;
- b)
de industriële verpakking van goederen;
- c)
de exploitatie van natuurlijke rijkdommen;
- d)
de bouw, de herstelling of het onderhoud van gebouwen;
- e)
grondwerken en soortgelijke projecten.
De punten c), d) en e) zijn niet van toepassing op handgereedschap.