Regeling verstrekkingen bepaalde categorieën vreemdelingen
Artikel 9
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2011
- Bronpublicatie:
22-12-2010, Stcrt. 2010, 20964 (uitgifte: 30-12-2010, regelingnummer: 5679596/10)
- Inwerkingtreding
01-01-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-12-2010, Stb. 2010, 886 (uitgifte: 30-12-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Afhankelijke geldigheid
Treedt tegelijk in werking met de wet van 20-05-2010, Stb. 203.
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht / Algemeen
1.
De toelage wordt binnen twee weken nadat aanspraak van de vreemdeling op de toelage is ontstaan, door de vreemdeling, diens wettelijke vertegenwoordiger of bloedverwant in de eerste of tweede graad, dan wel door de persoon die door één van hen daartoe is gemachtigd, aangevraagd.
2.
Het COA kan in bijzondere gevallen afwijken van het eerste lid.
3.
De vreemdeling, diens wettelijke vertegenwoordiger of bloedverwant in de eerste of tweede graad, doet aan het COA op verzoek of onverwijld uit eigen beweging mededeling van alle feiten en omstandigheden waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat zij van invloed kunnen zijn op het recht op de toelage, het geldend maken van het recht op de toelage, de hoogte of de duur van de toelage, of op het bedrag dat aan hem wordt uitbetaald.
4.
Voor de aanvraag van de toelage en de verstrekking van gegevens wordt gebruik gemaakt van een door het COA verstrekt formulier.
5.
De vreemdeling, diens wettelijke vertegenwoordiger of bloedverwant in de eerste of tweede graad, is verplicht aan het COA desgevraagd de medewerking te verlenen die redelijkerwijs nodig is voor de uitvoering van deze regeling.
6.
Het COA bepaalt welke gegevens ten behoeve van de verlening van de toelage, dan wel de voortzetting daarvan, door de vreemdeling, diens wettelijke vertegenwoordiger of bloedverwant in de eerste of tweede graad, in ieder geval dienen te worden verstrekt, welke bewijsstukken dienen te worden overlegd en de wijze en het tijdstip waarop de verstrekking van de gegevens dient plaats te vinden.
7.
De toelage wordt maandelijks vastgesteld over dat deel van de kalendermaand waarover recht op de toelage bestaat.
8.
De financiële toelage, bedoeld in artikel 3, tweede lid, wordt niet toegekend over de periode voorafgaand aan 1 januari 2007.