Einde inhoudsopgave
Wet kiescollege niet-ingezetenen
Artikel 24 [Mondelinge stemming]
Geldend
Geldend vanaf 01-11-2022
- Bronpublicatie:
19-10-2022, Stb. 2022, 410 (uitgifte: 26-10-2022, kamerstukken: 36071)
- Inwerkingtreding
01-11-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-10-2022, Stb. 2022, 411 (uitgifte: 31-10-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Staatsrecht / Kiesrecht
1.
De stemmingen geschieden mondeling, bij hoofdelijke oproeping. Een lid maakt door middel van een openbare wilsuitdrukking kenbaar of hij voor of tegen het voorstel stemt. De voorzitter maakt de uitslag terstond bekend.
2.
Ieder ter vergadering aanwezig lid is verplicht zijn stem uit te brengen.
3.
Indien over een voorstel geen stemming wordt gevraagd, is het aangenomen.
4.
Tenzij de vergadering voltallig is, wordt bij staking van stemmen het nemen van een beslissing uitgesteld tot een volgende vergadering, waarin de beraadslaging kan worden heropend.
5.
Indien de stemmen staken in een voltallige vergadering of in een ingevolge het vierde lid opnieuw belegde vergadering, is het voorstel niet aangenomen.
6.
Onder een voltallige vergadering wordt verstaan een vergadering waarin alle leden waaruit het kiescollege bestaat een stem hebben uitgebracht.
7.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld over de beraadslaging en besluitvorming in de digitale omgeving.