RvdW 2013/275
Verzoek om inzage van verwerkte persoonsgegevens op de voet van art. 35 Wet Bescherming Persoonsgegevens. Art. 81 lid 1 RO.
HR 08-02-2013, ECLI:NL:HR:2013:BY4196
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
8 februari 2013
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, G. Snijders, M.V. Polak
- Zaaknummer
11/04410
- Conclusie
A-G mr. E.M. Wesseling-van Gent
- LJN
BY4196
- Vakgebied(en)
Privacy / Algemeen
Privacy / Handhaving persoonsbescherming
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:BY4196, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 08‑02‑2013
ECLI:NL:PHR:2013:BY4196, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑11‑2012
Essentie
Verzoek om inzage van verwerkte persoonsgegevens op de voet van art. 35 Wet Bescherming Persoonsgegevens. Art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
[Verzoekster], te [woonplaats], verzoekster tot cassatie, verweerster in het voorwaardelijk incidentele cassatieberoep, adv.: aanvankelijk mr. P. Garretsen, thans mr. K. Aantjes,
tegen
- 1.
The Royal Bank of Scotland N.V. (voorheen ABN AMRO Bank N.V.), te Amsterdam,
- 2.
ABN AMRO Bank N.V. , te Amsterdam, verweersters in cassatie, verzoeksters in het voorwaardelijk incidentele cassatieberoep, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.