HR NJ 1997, 386.
HR, 20-11-2001, nr. 03625/00 B
ECLI:NL:HR:2001:AD4585
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
20-11-2001
- Zaaknummer
03625/00 B
- LJN
AD4585
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:PHR:2001:AD4585, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑11‑2001
Arrest Hoge Raad: ECLI:NL:HR:2001:AD4585
ECLI:NL:HR:2001:AD4585, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 20‑11‑2001; (Cassatie)
Conclusie: ECLI:NL:PHR:2001:AD4585
- Wetingang
Conclusie 20‑11‑2001
Nr. 03625/00/B
Mr Machielse
Parket, 25 september 2001
Conclusie inzake:
[verzoeker = klager]
Op 13 juni 2000 heeft de RC de woning van verzoeker doorzocht en voorwerpen inbeslaggenomen. De RC heeft daarbij een bedrag van BF 1.660.000,- conservatoir inbeslaggenomen.1.
Verzoeker heeft een klaagschrift ingediend tegen de inbeslagneming van het geld en aangevoerd dat het geld niet aan hem, maar aan Safio BVBA te Antwerpen toebehoorde.2.
De Rechtbank te Middelburg heeft op 19 september 2000 het beklag ongegrond verklaard.
Mr H.M. Dunsbergen, advocaat te Middelburg, heeft cassatie ingesteld. Mr J. Wouters, eveneens advocaat te Middelburg, heeft een schriftuur ingezonden, houdende één middel van cassatie.
Het middel klaagt dat de Rechtbank ten onrechte niet is ingegaan op het verweer dat het geld niet aan verzoeker maar aan een ander zou toebehoren. Het middel beperkt zich overigens tot een herhaling van in feitelijke aanleg betrokken stellingen.
De Rechtbank heeft haar beschikking als volgt gemotiveerd:
Uit het onderzoek in raadkamer is voorts aannemelijk geworden dat tijdens de huiszoeking op 13 juni 2000 onder [klager] voornoemd een bedrag van Bfr. 1.660.000,00 in beslag is genomen. Het lid van de enkelvoudige kamer is met de officier van justitie van oordeel dat het belang van de strafvordering zich verzet tegen teruggave van voornoemd bedrag aan klager, aangezien het in dit geval niet hoogst onwaarschijnlijk is dat de strafrechter, later oordelend, de inbeslaggenomen gelden verbeurd zal verklaren.
In deze overwegingen ligt het antwoord op het verweer besloten. De Rechtbank is immers van oordeel dat het beslag nog moet vortduren met het oog op een eventuele latere verbeurdverklaring. Aldus heeft de Rechtbank het juiste criterium toegepast.3. De beslissing is evenmin onbegrijpelijk en kan in cassatie gelet op de verwevenheid met waarderingen van feitelijke aard niet verder worden getoetst. Het onderzoek in beschikkingszaken als de onderhavige draagt een summier karakter en de Rechtbank was niet tot een uitvoeriger motivering gehouden.4.
Het middel faalt en kan op de voet van art. 101a RO worden verworpen.
Ambtshalve heb ik geen grond gevonden die tot vernietiging aanleiding behoort te geven.
Deze conclusie strekt tot verwerping van het beroep.
De Procureur-Generaal
bij de Hoge Raad der Nederlanden
Voetnoten
Voetnoten Conclusie 20‑11‑2001
Ook Safio BVBA heeft cassatie ingesteld. Het nummer van die zaak is 00871/01/B.
Bijv. HR NJ 1988, 285.
HR 21 september 1999, nr. 3992 Be
Uitspraak 20‑11‑2001
Inhoudsindicatie
-
Partij(en)
20 november 2001
Strafkamer
nr. 03625/00 B
AS/AS
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
op het beroep in cassatie tegen een beschikking van de Arrondissementsrechtbank te Middelburg van 19 september 2000, nummer 12/000043-00, op een beklag als bedoeld in
artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering, ingediend door:[klager], geboren te [geboorteplaats] (Tunesië) op [geboortedatum] 1967, wonende te [woonplaats].
1. De bestreden beschikking
De Rechtbank heeft ongegrond verklaard het door klager ingediende beklag strekkende tot teruggave aan hem van de in bovenvermelde beschikking omschreven goederen.
2. Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door klager. Namens deze heeft mr. J. Wouters, advocaat te Middelburg, bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal Machielse heeft geconcludeerd dat de Hoge Raad het beroep zal verwerpen.
3. Ambtshalve beoordeling van de bestreden beschikking
3.1.
De stukken waarvan de Hoge Raad kennis neemt, houden in dat, voorzover in cassatie nog van belang, onder de klager op de voet van art. 94a Sv een geldsbedrag van 1.660.000 Belgische Franken in beslag is genomen.
Daartegen is het beklag gericht. De Rechtbank heeft dit beklag ongegrond verklaard en daartoe onder meer
overwogen:
"Uit het onderzoek in raadkamer is voorts aannemelijk geworden dat tijdens de huiszoeking op 13 juni 2000 onder [klager] voornoemd een bedrag van Bfr. 1.660.000,00 in beslag is genomen. Het lid van de enkelvoudige kamer is met de officier van justitie van oordeel dat het belang van de strafvordering zich verzet tegen teruggave van voornoemd bedrag aan
klager, aangezien het in dit geval niet hoogst onwaarschijnlijk is dat de strafrechter, later oordelend, de inbeslaggenomen gelden verbeurd zal verklaren."
3.2.
Aldus oordelend heeft de Rechtbank miskend dat het hier een beslag op de voet van art. 94a Sv betrof, zodat de door haar te hanteren maatstaf niet was of zich al dan niet het geval voordoet dat het hoogst onwaarschijnlijk is dat de strafrechter, later oordelend, de inbeslaggenomen gelden verbeurd zal verklaren, maar of zich al dan niet het geval voordoet dat het hoogst onwaarschijnlijk is dat de strafrechter, later oordelend, een geldboete tot minstens die hoogte zal opleggen danwel aan de verdachte de verplichting tot betaling van een geldsbedrag tot minstens die hoogte ter ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel zal opleggen.
4. Slotsom
Hetgeen hiervoor onder 3.2 is overwogen brengt mee dat het middel geen bespreking behoeft en als volgt moet worden beslist.
5. Beslissing
De Hoge Raad:
Vernietigt de bestreden beschikking;
Verwijst de zaak naar het Gerechtshof te
's-Gravenhage opdat de zaak op het bestaande klaagschrift opnieuw wordt behandeld en afgedaan.
Deze beschikking is gegeven door de vice-president W.J.M. Davids als voorzitter, en de raadsheren G.J.M. Corstens en A.J.A. van Dorst, in bijzijn van de waarnemend-griffier W.J.V. Spek, in raadkamer en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
- 20.
november 2001.