NJB 2021/669
Geen verplichting om – naast publicatie van de verordening op de voorgeschreven wijze – bepaalde belastingplichtigen specifiek te informeren over de wijziging van maximum precariobelasting (anders: het Hof op basis van het zorgvuldigheidsbeginsel). In het kader van de verwijzing wijst Hoge Raad wijst op exceptieve toetsing onder aanhaling uitspraak ABRvS
HR 08-01-2021, ECLI:NL:HR:2021:34
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
8 januari 2021
- Magistraten
Mrs. Koopman, Fierstra, Wortel, Beukers-van Dooren, Cools
- Zaaknummer
20/00339
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Belastingen van lagere overheden / Gemeentelijke belastingen
Fiscaal bestuursrecht / Algemene rechtsbeginselen en abbb
Bestuursrecht algemeen / Besluit (algemeen)
Bestuursprocesrecht / Algemeen
- Brondocumenten
Beroepschrift, Hoge Raad, 08‑01‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 08‑01‑2021
ECLI:NL:HR:2021:34, Uitspraak, Hoge Raad, 08‑01‑2021
- Wetingang
Essentie
Geen verplichting om – naast publicatie van de verordening op de voorgeschreven wijze – bepaalde belastingplichtigen specifiek te informeren over de wijziging van maximum precariobelasting (anders: het Hof op basis van het zorgvuldigheidsbeginsel). In het kader van de verwijzing wijst Hoge Raad wijst op exceptieve toetsing onder aanhaling uitspraak ABRvS
Uitspraak
Hoge Raad, onder meer:
‘2.1.1
Belanghebbende is ijsco-venter. Hij beschikt sinds 2013 over een doorlopende vergunning voor het innemen van twee standplaatsen in de gemeente [Z] voor de periode 1 april tot en met 1 september, voor drie dagdelen per dag. De ene standplaats mag hij op alle dagen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.