Einde inhoudsopgave
Inkwartieringswet
Artikel 42
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1998
- Bronpublicatie:
06-11-1997, Stb. 1997, 510 (uitgifte: 01-01-1997, kamerstukken: 25280)
- Inwerkingtreding
01-01-1998
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-12-1997, Stb. 1997, 581 (uitgifte: 01-01-1997, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht / Bijzondere onderwerpen
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
1.
Degenen, die door Onze Minister met de uitvoering van de maatregelen, genoemd in de artikelen 30 en 36 onder b en d zijn belast, hebben toegang tot elke plaats, voor zover dat redelijkerwijs voor de vervulling van hun taak nodig is. Zo nodig verschaffen zij zich de toegang met behulp van de sterke arm.
2.
Ingeval de beperkte of de algemene noodtoestand is afgekondigd, is het militair gezag, in afwijking van artikel 2 van de Algemene wet op het binnentreden (Stb. 1994, 572), bevoegd zonder machtiging binnen te treden. Het militair gezag is bevoegd een machtiging als bedoeld in artikel 2 van de Algemene wet op het binnentreden te geven. Artikel 3 van die wet is niet van toepassing.
3.
Behalve ingeval de beperkte of de algemene noodtoestand is afgekondigd, wordt van het voornemen tot het betreden ten minste twee maal vierentwintig uren van te voren schriftelijk kennis gegeven aan degene, die het goed onder zich heeft.