JAR 2011/298
Verzoek door werkgeefster tot herroeping van ontbindingsbeschikking terecht afgewezen.
HR 28-10-2011, ECLI:NL:HR:2011:BT2698
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
28 oktober 2011
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, E.J. Numann, W.A.M. van Schendel, C.A. Streefkerk, G. Snijders
- Zaaknummer
10/05576
- Conclusie
A-G mr. E.M. Wesseling-van Gent
- LJN
BT2698
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verbintenissenrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2011:BT2698, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 28‑10‑2011
ECLI:NL:PHR:2011:BT2698, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑09‑2011
- Wetingang
Essentie
De kantonrechter heeft de arbeidsovereenkomst werkgeefster en werknemer ontbonden onder toekenning van een vergoeding en werkgeefster heeft tweemaal tevergeefs een verzoek tot herroeping van de ontbindingsbeschikking ingediend. Werkgeefster gaat in cassatie omdat de kantonrechter het beginsel van hoor en wederhoor heeft geschonden en het verzoek om aanhouding heeft afgewezen en de nadere stukken van werkgeefster niet bij de beoordeling van de zaak heeft betrokken.
HR: De goede procesorde is bepalend voor de vraag of stukken tijdig zijn ingediend maar de rechter heeft hierin een zelfstandige bevoegdheid en er is geen verplichting voor de rechter om een maatregel ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.