NJB 2016/2128
Afwijzing herhaald getuigenverzoek omdat daaraan geen nieuwe feiten en omstandigheden ten grondslag zijn gelegd: art. 6 lid 3 onder d EVRM verzet zich niet ertegen verzet dat bepaaldelijk eisen worden gesteld aan de onderbouwing van verzoeken tot het horen van getuigen
HR 08-11-2016, ECLI:NL:HR:2016:2523
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
8 november 2016
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, E.S.G.N.A.I. van de Griend en M.J. Borgers
- Zaaknummer
15/03706
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:2523, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 08‑11‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:1081, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑09‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 15‑12‑2015
- Wetingang
(art. 6 EVRM)
Essentie
Afwijzing herhaald getuigenverzoek omdat daaraan geen nieuwe feiten en omstandigheden ten grondslag zijn gelegd: art. 6 lid 3 onder d EVRM verzet zich niet ertegen verzet dat bepaaldelijk eisen worden gesteld aan de onderbouwing van verzoeken tot het horen van getuigen
Uitspraak
Inleiding:
Het middel klaagt over ’s Hofs afwijzing van de verzoeken tot het (alsnog) horen van [getuige] als getuige.
Het hof heeft het verzoek blijkens het proces-verbaal van de appelzitting bij tussenbeslissing afgewezen.
Het proces-verbaal houdt voorts in omtrent hetgeen nog door de raadsman is aangevoerd: ‘Ik persisteer ten aanzien van het verzoek tot horen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.