Het deskundigenadvies in de civiele procedure
Einde inhoudsopgave
Het deskundigenadvies in de civiele procedure (R&P nr. 165) 2008/7.2.1:7.2.1 Inleiding
Het deskundigenadvies in de civiele procedure (R&P nr. 165) 2008/7.2.1
7.2.1 Inleiding
Documentgegevens:
G. de Groot, datum 20-10-2008
- Datum
20-10-2008
- Auteur
G. de Groot
- JCDI
JCDI:ADS448710:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
De positie van Zweden is gekozen aan de hand van zeer beperkte informatie en heeft daarom een vraagteken.
HR 5 december 2003, NJ 2004, 74, JBPr 2004, 29, m.nt. R. Schellaars (Nieuw Vredenburgh/NHL).
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
De verdere behandeling van de zaak na deskundigenadvies
De verdere behandeling van de zaak na deskundigenadvies laat zich aan het begin van het rechtsvergelijkend overzicht bij wijze van leeswijzer afbeelden op een glijdende schaal. Hiermee wordt per land een indicatie gegeven van de verhouding tussen partijautonomie en regie van de rechter met betrekking tot de vraag op wiens verzoek een deskundige een toelichting dient te verstrekken op een schriftelijk deskundigenadvies:
Invloed partijen
Invloed rechter
Duitsland
Spanje
Engeland
Zweden?1
Frankrijk
Oostenrijk
België
Zwitserland
Nederland
Aan de meest linkse zijde van de lijn, in Duitsland en Oostenrijk, heeft een partij ruime mogelijkheden om een deskundige ten overstaan van de rechter te horen nadat het deskundigenadvies is uitgebracht. De rechter heeft weinig ruimte om een desbetreffend verzoek van een partij niet te honoreren. Aan de meest rechtse zijde van de lijn is de situatie omgekeerd. Partijen kunnen niet bewerkstelligen dat een deskundige het deskundigenadvies bij de rechter toelicht. Het is aan de rechter of de deskundige een toelichting dient te verstrekken. De schets van de situatie per land begint conform de lijn bij Duitsland en eindigt bij Zwitserland.
De bewijswaardering na deskundigenadvies
Met betrekking tot de bewijswaardering na deskundigenadvies is de leeswijzer beter in woorden dan in beelden te vatten.
In het rechtsvergelijkend overzicht wordt bij de behandeling van de bewijswaardering onder andere besproken of de omvang van de motiveringsplicht van de rechter voornamelijk wordt bepaald door de stellingen van partijen, dan wel of de rechter zijn overtuiging dient te motiveren ongeacht de stellingen van partijen. Hier is meer sprake van twee uitersten dan van een glijdende schaal. In Duitsland en in mindere mate in Oostenrijk en Zwitserland staat voorop dat de rechter inzicht dient te geven in de gedachtegang die ten grondslag ligt aan zijn oordeel om het deskundigenadvies al dan niet te volgen. Het processuele debat van partijen naar aanleiding van een deskundigenadvies kan in deze landen aanleiding geven tot een verdergaande motiveringsplicht. In Engeland, Frankrijk, België en Nederland hangt de omvang van de motiveringsplicht voornamelijk af van het processuele debat van partijen en wordt buiten de reikwijdte van het processuele debat niet of nauwelijks van de rechter verlangd dat hij inzicht geeft in de gedachtegang die ten grondslag ligt aan zijn oordeel om een deskundigenadvies al dan niet te volgen.
In geen van de onderzochte landen is de bewijskracht van een deskundigenadvies wettelijk voorgeschreven. Soms lijkt de nationale cassatierechter echter hogere eisen te stellen aan de motivering van de beslissing waarin van een deskundigenadvies wordt afgeweken, dan aan de motivering van de beslissing waarin een deskundigenadvies wordt gevolgd. In Nederland is hierover gedebatteerd naar aanleiding van de zaak Nieuw Vredenburgh/NHL,2 zoals in par. 7.5.3.4 wordt besproken. In de gevallen waarin van een deskundigenadvies wordt afgeweken, verschillen partijen meestal gemotiveerd en gedocumenteerd van mening over de juistheid van het deskundigenadvies. De reikwijdte van de motiveringsplicht van de rechter op dit punt komt daarom niet afzonderlijk aan de orde, maar in samenhang met de mate waarin de rechter in een land inzicht moet geven in de gedachtegang die ten grondslag ligt aan het oordeel om een deskundigenadvies al dan niet te volgen.