NJB 2022/2270
Cassatiemiddel, art. 437 Sv: de klacht dat de bewezenverklaring van opzettelijk aanwezig hebben van hennep onjuist is en/of onvoldoende met redenen is omkleed, kan als zodanig niet worden aangemerkt als een cassatiemiddel.
HR 04-10-2022, ECLI:NL:HR:2022:1368
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
4 oktober 2022
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, J.C.A.M. Claassens, C. Caminada
- Zaaknummer
20/02187
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:1368, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 04‑10‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:882, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑07‑2022
- Wetingang
(art. 437 Sv)
Essentie
Cassatiemiddel, art. 437 Sv: de klacht dat de bewezenverklaring van opzettelijk aanwezig hebben van hennep onjuist is en/of onvoldoende met redenen is omkleed, kan als zodanig niet worden aangemerkt als een cassatiemiddel.
Uitspraak
Inleiding
Verdachte is veroordeeld wegens – kort gezegd – opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 3 onder C van de Opiumwet gegeven verbod. Blijkens de conclusie van A-G Aben komt de toelichting op het eerste cassatiemiddel in de kern neer op een blote herhaling van stellingen en verweren waarop het hof gemotiveerd heeft beslist, zonder dat de steller van het middel ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.