RvdW 2019/690
Art. 81 lid 1 RO. Goederenrecht. Is bezitter van kostbare viool daarvan verkrijger te goeder trouw in de zin van art. 3:86 BW? Vervolg van HR 23 december 2016, ECLI:NL:HR:2016:2984.
HR 07-06-2019, ECLI:NL:HR:2019:850
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
7 juni 2019
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, G. Snijders, T.H. Tanja-van den Broek, M.J. Kroeze, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
18/00137
- Conclusie
A-G mr. E.B. Rank-Berenschot
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Goederenrecht / Verkrijging en verlies
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:850, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 07‑06‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:251, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑03‑2019
Essentie
Art. 81 lid 1 RO. Goederenrecht. Is bezitter van kostbare viool daarvan verkrijger te goeder trouw in de zin van art. 3:86 BW? Vervolg van HR 23 december 2016, ECLI:NL:HR:2016:2984.
Conclusie
Conclusie A-G mr. E.B. Rank-Berenschot:
Dit geschil over de eigendom van een Stradivarius viool wordt hierbij voor de tweede keer aan uw Raad voorgelegd. De viool is door eiseres tot cassatie (hierna: [eiseres]) en haar inmiddels overleden echtgenoot in consignatie gegeven. In de consignatieovereenkomst staat als partij de Oostenrijkse vennootschap [B] GmbH vermeld. Volgens deze overeenkomst blijft de viool eigendom van de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.