JWB 2006/3
Dwangsom
HR 06-01-2006, ECLI:NL:HR:2006:AU6631
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
6 januari 2006
- Zaaknummer
C04/233HR
- LJN
AU6631
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Juridische beroepen / Rechter
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2006:AU6631, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑01‑2006
ECLI:NL:HR:2006:AU6631, Uitspraak, Hoge Raad, 06‑01‑2006
Beroepschrift, Hoge Raad, 03‑05‑2004
- Wetingang
Art. 347 Rv; art. 411 lid 2 Rv; art. 81 RO
Essentie
Dwangsom
Samenvatting
Casus
Tussen de eiseres tot cassatie en de verweerster in cassatie bestaat een herverzekeringsovereenkomst. De eiseres tot cassatie heeft de verweerster in cassatie voor de rechter gedagvaard en gevorderd de verweerster in cassatie te veroordelen tot betaling van NLG 51.407,35, te vermeerderen met de wettelijke rente, alsmede de verweerster in cassatie te veroordelen een aantal schadegevallen goed te keuren, bij gebreke waarvan een dwangsom zal verbeuren van NLG 10.000,- per dag dat daarmee in gebreke wordt gebleven. Bij conclusie van repliek heeft de eiseres tot cassatie haar eis vermeerderd met een vordering wegens renteverlies. De verweerster in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.