Einde inhoudsopgave
Regeling aanvraag- en veilingprocedure vergunningen 800, 900 en 1800 MHz
Artikel 26
Geldend
Geldend vanaf 16-04-2012
- Bronpublicatie:
06-01-2012, Stcrt. 2011, 392 (uitgifte: 22-12-2011, regelingnummer: WJZ/10146523)
- Inwerkingtreding
16-04-2012
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
06-01-2012, Stcrt. 2011, 392 (uitgifte: 22-12-2011, regelingnummer: WJZ/10146523)
- Vakgebied(en)
Informatierecht / Telecommunicatie
1.
De rondeprijzen in de eerste primaire biedronde zijn:
- a.
€ 35.000.000,00 voor een vergunning A1 en B;
- b.
€ 28.900.000,00 voor een vergunning A2 en C;
- c.
€ 4.125.000,00 voor een vergunning D;
- d.
€ 810.000,00 voor een vergunning E;
- e.
€ 590.000,00 voor vergunning F;
- f.
€ 585.000,00 voor een vergunning G.
2.
In de tweede en volgende primaire biedronden verhoogt de minister de rondeprijzen, bedoeld in het eerste lid, overeenkomstig het derde tot en met vijftiende lid.
3.
De rondeprijs van vergunning A1 wordt in een biedronde verhoogd indien in de direct daaraan voorafgaande biedronde de vraag naar vergunning A1 groter is dan twee.
4.
In het geval, bedoeld in de artikelen 4, eerste lid, of 5, eerste lid, wordt in afwijking van het derde lid, de rondeprijs van vergunning A1 in een biedronde verhoogd indien in de direct daaraan voorafgaande biedronde de vraag naar vergunning A1 groter is dan één.
5.
De rondeprijs van vergunning A2 wordt in een biedronde verhoogd indien in de direct daaraan voorafgaande biedronde de vraag naar vergunning A2 groter is dan één.
6.
De rondeprijs van vergunning B wordt in een biedronde verhoogd indien in de direct daaraan voorafgaande biedronde de vraag naar vergunning B groter is dan vier.
7.
In het geval, bedoeld in de artikelen 4, eerste lid, of 5, eerste lid, wordt in afwijking van het zesde lid, de rondeprijs van vergunning B in een biedronde verhoogd indien in de direct daaraan voorafgaande biedronde de vraag naar vergunning B groter is dan vijf.
8.
In het geval, bedoeld in de artikelen 6, eerste lid, of 7, eerste lid, wordt in afwijking van het zesde lid, de rondeprijs van vergunning B in een biedronde verhoogd indien in de direct daaraan voorafgaande biedronde de vraag naar vergunning B groter is dan zes.
9.
De rondeprijs van vergunning C wordt in een biedronde verhoogd indien in de direct daaraan voorafgaande biedronde de vraag naar vergunning C groter is dan zes.
10.
In het geval, bedoeld in de artikelen 3, eerste lid, 4, eerste lid, of 7, eerste lid, wordt in afwijking van het negende lid, de rondeprijs van vergunning C in een biedronde verhoogd indien in de direct daaraan voorafgaande biedronde de vraag naar vergunning C groter is dan zeven.
11.
De rondeprijs van vergunning D wordt verhoogd indien in de direct daaraan voorafgaande biedronde de vraag naar deze vergunningen groter is dan veertien.
12.
De rondeprijs van vergunning E wordt verhoogd indien in de direct daaraan voorafgaande biedronde de vraag naar deze vergunningen groter is dan twee.
13.
De rondeprijs van vergunning F wordt verhoogd indien in de direct daaraan voorafgaande biedronde de vraag naar deze vergunning groter is dan één.
14.
De rondeprijs van vergunning G wordt verhoogd indien in de direct daaraan voorafgaande biedronde de vraag naar deze vergunningen groter is dan tien.
15.
In de in het derde tot en met veertiende lid bedoelde gevallen verhoogt de minister in eenheden van € 1.000 de rondeprijs van een vergunning zodanig dat de verhoging van de rondeprijs van een vergunning in een biedronde ten hoogste 100% is ten opzichte van de rondeprijs voor die vergunning in de daaraan voorafgaande ronde.
16.
Indien dit naar het oordeel van de minister nodig is voor een evenwichtige vraagontwikkeling of een efficiënt verloop van de veiling kan hij afwijken van het vijftiende lid.