NJB 2011, 306
Schuldsaneringsregeling. Termijn. De bewindvoerder verzoekt de toepassing van de schuldsaneringsregeling tussentijds te beëindigen. Het hof wijst het verzoek af, omdat de termijn is verstreken waarvoor de schuldsaneringsregeling is uitgesproken. HR: De schuldsanering eindigt niet van rechtswege na verloop van de termijn waarvoor de schuldsaneringsregeling is uitgesproken. Het hof had over het verzoek om tussentijdse beëindiging een oordeel dienen te geven.
HR 28-01-2011, ECLI:NL:HR:2011:BO5760
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
28 januari 2011
- Magistraten
Mrs. A. Hammerstein, F.B. Bakels en W.D.H. Asser
- Zaaknummer
10/02973
- Conclusie
A-G mr. L. Timmerman
- LJN
BO5760
- Vakgebied(en)
Insolventierecht / Schuldsanering natuurlijke personen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2011:BO5760, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 28‑01‑2011
ECLI:NL:PHR:2011:BO5760, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 24‑11‑2010
- Wetingang
Fw art. 352-356
Essentie
Schuldsaneringsregeling. Termijn. De bewindvoerder verzoekt de toepassing van de schuldsaneringsregeling tussentijds te beëindigen. Het hof wijst het verzoek af, omdat de termijn is verstreken waarvoor de schuldsaneringsregeling is uitgesproken. HR: De schuldsanering eindigt niet van rechtswege na verloop van de termijn waarvoor de schuldsaneringsregeling is uitgesproken. Het hof had over het verzoek om tussentijdse beëindiging een oordeel dienen te geven.
Partij(en)
Verzoekster, in haar hoedanigheid als bewindvoerder,
tegen
X en Y,
adv. mr. H.J.W. Alt.
Uitspraak
Feiten en procesverloop
X en Y zijn echtelieden. Bij vonnissen van 15 juni 2007 is op hen de schuldsaneringsregeling van toepassing verklaard. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.