FED 2013/43
Fraus legis van toepassing op het kortstondig aangaan van een geregistreerd partnerschap teneinde overdrachtsbelasting te ontgaan
HR 15-03-2013, ECLI:NL:HR:2013:BY0548, m.nt. A. Rozendal
- Instantie
Hoge Raad (Belastingkamer)
- Datum
15 maart 2013
- Magistraten
Van den Berge, Schaap, Koopman, Groeneveld, De Groot
- Zaaknummer
11/05609
- Conclusie
A-G Wattel
- Noot
A. Rozendal
- LJN
BY0548
- JCDI
JCDI:ADS273597:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht (V)
Belastingen van rechtsverkeer (V)
Belastingen van rechtsverkeer / Algemeen
Belastingen van rechtsverkeer / Overdrachtsbelasting
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Fiscaal bestuursrecht / Fraus legis en richtige heffing
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:BY0548, Uitspraak, Hoge Raad, 15‑03‑2013
ECLI:NL:PHR:2013:BY0548, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑09‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 15‑02‑2012
- Wetingang
Art. 3 lid 1 onderdeel b Wet BRV
Essentie
Fraus legis van toepassing op het kortstondig aangaan van een geregistreerd partnerschap teneinde overdrachtsbelasting te ontgaan
Samenvatting
Fraus legis van toepassing op het kortstondig aangaan van een geregistreerd partnerschap teneinde overdrachtsbelasting te ontgaan. De Hoge Raad oordeelt met een beroep op het leerstuk van fraus legis dat het aangaan van een geregistreerd partnerschap voor de duur van één dag niet leidt tot een uitgezonderde verkrijging voor de heffing van overdrachtsbelasting.
Uitspraak
Het geschil betreft de naheffingsaanslag overdrachtsbelasting ter zake van de verkrijging op 30 december 1999 van de onroerende zaken door belanghebbende.