WR 2022/36
Insolventie – 230a-bedrijfsruimte – schadevergoeding: faillissement huurster; verzuim; aard boedelvordering; wettelijke rente of contractuele vertragingsrente over als boedelschuld verschuldigde huurprijs is boedelschuld
HR 24-12-2021, ECLI:NL:HR:2021:1994, m.nt. Prof. mr. T.T. van Zanten
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
24 december 2021
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, C.E. du Perron, C.H. Sieburgh, A.E.B. ter Heide, G.C. Makkink
- Zaaknummer
20/01556
- Noot
Prof. mr. T.T. van Zanten
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS636571:1
- Vakgebied(en)
Insolventierecht / Faillissement
Huurrecht / Algemeen
Huurrecht / Bijzondere onderwerpen
Huurrecht / Huur van bedrijfsruimte
Verbintenissenrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1994, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 24‑12‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:415, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑04‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 17‑07‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 11‑05‑2020
- Wetingang
Essentie
Insolventie – 230a-bedrijfsruimte – schadevergoeding: faillissement huurster; verzuim; aard boedelvordering; wettelijke rente of contractuele vertragingsrente over als boedelschuld verschuldigde huurprijs is boedelschuld
Samenvatting
Uitgangspunt is dat het faillissement geen verandering brengt in bestaande wederkerige overeenkomsten en de daaruit voortvloeiende verbintenissen. De huurverhouding zoals die voor het faillissement gold, duurt ongewijzigd voort tussen de gefailleerde als huurder en de verhuurder. Vanaf de aanvang van de surseance en gedurende het daaropvolgende faillissement is de huurprijs krachtens de wet boedelschuld. De vraag of verzuim bestaat ten aanzien van de vordering tot huurbetaling moet worden beantwoord aan de hand van de huurovereenkomst en ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.