TPWS 2018/12
Afwijzing aanhoudingsverzoek. Rechter dient belangenafweging te maken bij beslissing op aanhoudingsverzoek
HR 17-10-2017, ECLI:NL:HR:2017:2635
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
17 oktober 2017
- Zaaknummer
16/00251
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:2635, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 17‑10‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:1062, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑09‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 20‑06‑2016
Essentie
Afwijzing aanhoudingsverzoek. Rechter dient belangenafweging te maken bij beslissing op aanhoudingsverzoek
Uitspraak
Aantekening redactie
Het is inmiddels vaste rechtspraak dat de rechter bij de beslissing op een verzoek tot aanhouding van het onderzoek op de terechtzitting een afweging dient te maken tussen alle daarvoor in aanmerking komende belangen, waaronder het aanwezigheidsrecht van de verdachte, het belang dat niet alleen de verdachte maar ook de samenleving heeft bij een spoedige berechting en het belang van een goede organisatie van de rechtspleging.1 Het aanwezigheidsrecht is een fundamenteel door art. 6 EVRM gegarandeerd recht van de verdachte. Dat maakt ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.