NJ 2013/29
Grafschennis.
HR 02-10-2012, ECLI:NL:HR:2012:BX0799, m.nt. N. Keijzer
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
2 oktober 2012
- Magistraten
Mrs A.J.A. van Dorst, J. de Hullu, H.A.G. Splinter-van Kan, Y. Buruma, J. Wortel
- Zaaknummer
10/04415
- Conclusie
A-G mr. P.C. Vegter
- Noot
N. Keijzer
- LJN
BX0799
- JCDI
JCDI:ADS96848:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2012:BX0799, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑10‑2012
ECLI:NL:HR:2012:BX0799, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 02‑10‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 25‑09‑2011
- Wetingang
Sr art. 149
Essentie
Verdachte is het nog open graf van zijn partner ingegaan, heeft het deksel van de kist gehaald en zijn overleden partner aangeraakt en vastgehouden. Het hof kon oordelen dat de verdachte aldus de integriteit van het graf heeft geschonden en deze handelingen kwalificeren als grafschennis in de zin van art. 149 Sr.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam van 23 september 2010, nummer 23/004632-08, in de strafzaak tegen:B. Adv. mr. L.C.M. Jurgens, te Amsterdam.
Voorgaande uitspraak
Cassatiemiddel:
Middel I
Schending, althans verkeerde toepassing, van het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.