BNB 2019/134
Economische verwevenheid en niet-economische activiteiten
HR 05-07-2019, ECLI:NL:HR:2019:1112, m.nt. D.B. Bijl
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
5 juli 2019
- Magistraten
Mrs. Koopman, Punt, Van Kalmthout, Van Hilten, Faase
- Zaaknummer
17/03702
- Conclusie
A-G Ettema
- Noot
D.B. Bijl
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS72234:1
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting / Belastingplichtige en -schuldige
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1112, Uitspraak, Hoge Raad, 05‑07‑2019
ECLI:NL:PHR:2018:1435, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 31‑12‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 18‑09‑2017
- Wetingang
Art. 7 lid 4 Wet OB 1968
Essentie
Economische verwevenheid en niet-economische activiteiten
Samenvatting
Belanghebbende, een BV, verricht tegen vergoeding schoonmaakwerkzaamheden en andere facilitaire werkzaamheden jegens uitsluitend stichting A, die onderwijs verzorgt op diverse scholen. De stichting is enig aandeelhouder en enig bestuurder van belanghebbende. Twee bestuurders van de stichting oefenen feitelijk het bestuur van belanghebbende uit.
Het Hof heeft geoordeeld dat is voldaan aan het vereiste van verwevenheid in economisch opzicht omdat belanghebbende uitsluitend prestaties verricht ten behoeve van de stichting. Daaraan doet volgens het Hof niet af dat de stichting ook veel niet-economische activiteiten verricht en dat de prestaties van belanghebbende mede worden afgenomen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.