FED 2020/111
Een redelijke uitleg van het beleid neergelegd in de notitie ‘correctiebeleid versie 2.1’ brengt mee dat er geen aanleiding is verschil te maken tussen het geval waarin de inspecteur een navorderingsaanslag van niet meer dan € 450 oplegt en het geval waarin een navorderingsaanslag door aanwending van een rechtsmiddel wordt verlaagd tot een bedrag van niet meer dan € 450.
HR 26-06-2020, ECLI:NL:HR:2020:1109, m.nt. P. van der Wal
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
26 juni 2020
- Magistraten
Mrs. De Groot, Fierstra, Wortel, Beukers-van Dooren, P.A.G.M. Cools
- Zaaknummer
19/05091
- Noot
P. van der Wal
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS224507:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
Bestuursrecht algemeen / Algemene beginselen van behoorlijk bestuur
Fiscaal bestuursrecht / Aanslag
Fiscaal bestuursrecht / Algemene rechtsbeginselen en abbb
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1109, Uitspraak, Hoge Raad, 26‑06‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 26‑06‑2020
- Wetingang
Essentie
Een redelijke uitleg van het beleid neergelegd in de notitie ‘correctiebeleid versie 2.1’ brengt mee dat er geen aanleiding is verschil te maken tussen het geval waarin de inspecteur een navorderingsaanslag van niet meer dan € 450 oplegt en het geval waarin een navorderingsaanslag door aanwending van een rechtsmiddel wordt verlaagd tot een bedrag van niet meer dan € 450.
Samenvatting
In een door de Inspecteur bij het Hof overgelegde notitie ‘correctiebeleid versie 2.1’, gedateerd 30 maart 2011, staat onder meer: “In de visie van de Belastingdienst past het niet om aan belastingplichtige een belastingaanslag naar aanleiding van positieve correcties ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.