BNB 2012/123
Naheffing motorrijtuigenbelasting van Nederlander die in Nederland rijdt met door Duitse werkgever gehuurde auto met Duits kenteken. Geen strijd met unierecht. Wettelijke grondslag navorderingsbevoegdheid
HR 02-03-2012, ECLI:NL:HR:2012:BP3858, m.nt. W.J.N.M. Snoijink
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
2 maart 2012
- Magistraten
Mrs. Overgaauw, Van Vliet, Lourens, Punt, Fierstra
- Zaaknummer
10/00348
- Conclusie
A-G Van Hilten
- Noot
W.J.N.M. Snoijink
- LJN
BP3858
- JCDI
JCDI:ADS111085:1
- Vakgebied(en)
Europees belastingrecht / Belastingen EU
Belastingheffing van motorrijtuigen / Motorrijtuigenbelasting
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2012:BP3858, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 02‑03‑2012
ECLI:NL:HR:2012:BP3858, Uitspraak, Hoge Raad, 02‑03‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 24‑03‑2010
- Wetingang
Essentie
Naheffing motorrijtuigenbelasting van Nederlander die in Nederland rijdt met door Duitse werkgever gehuurde auto met Duits kenteken. Geen strijd met unierecht. Wettelijke grondslag navorderingsbevoegdheid
Samenvatting
Belanghebbende woont in Nederland en is directeur en enig aandeelhouder van een in Duitsland gevestigde onderneming, A GmbH. De GmbH heeft in Duitsland een personenauto gehuurd en deze aan belanghebbende ter beschikking gesteld voor het verrichten van werkzaamheden in Duitsland, Nederland en België. In Duitsland is voor de auto Kraftfahrzeugsteuer betaald. Op 15 juni 2005 is geconstateerd dat belanghebbende van de weg in Nederland gebruikmaakte zonder dat motorrijtuigenbelasting was voldaan.
Het hof ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.