Einde inhoudsopgave
Regeling voertuigen
Artikel 8.4.29 [Definities]
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2017
- Bronpublicatie:
16-03-2017, Stcrt. 2017, 15087 (uitgifte: 24-03-2017, regelingnummer: IENM/BSK-2016/311749)
- Inwerkingtreding
01-04-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-03-2017, Stcrt. 2017, 15087 (uitgifte: 24-03-2017, regelingnummer: IENM/BSK-2016/311749)
- Vakgebied(en)
Verkeersrecht / Voertuigeisen
Vervoersrecht / Bijzondere onderwerpen
In deze paragraaf wordt verstaan onder:
gemiddelde waarde: rekenkundig gemiddelde van op vaste tijdsafstanden bepaalde momentele waarden, in aantal voldoende voor de bepaling van het werkelijke gemiddelde;
resulterende meetwaarde: gemiddelde waarde van de remvertraging resulterend uit een remtest, berekend uit het verloop van de remvertraging als functie van de tijd;
standaanwijsinrichting: aanwijzing of signalering voor de juiste stand van de remvertragingsmeter;
grenswaarde van de standaanwijsinrichting: door een standaanwijsinrichting aangegeven grenswaarde voor een correcte stand van de remvertragingsmeter. Indien de standaanwijsinrichting bestaat uit een waterpas, is de grenswaarde van de scheefstelling gelijk aan 2 mm verplaatsing van de dampbel uit de middenpositie;
justeerinrichting: inrichting voor het instellen van de juiste gevoeligheid van de remvertragingsmeter;
standcorrectie-inrichting: inrichting waarmee de verkregen meetwaarden worden gecorrigeerd voor de stand waarin de remvertragingsmeter in het voertuig wordt geplaatst.