Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2003/87/EG tot vaststelling van een systeem voor de handel in broeikasgasemissierechten binnen de Unie en tot wijziging van Richtlijn 96/61/EG
Artikel 10 quater bis Eerdere termijn voor voorlopige kosteloze toewijzing voor de modernisering van de energiesector
Geldend
Geldend vanaf 05-06-2023
- Bronpublicatie:
10-05-2023, PbEU 2023, L 130 (uitgifte: 16-05-2023, regelingnummer: 2023/959)
- Inwerkingtreding
05-06-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
10-05-2023, PbEU 2023, L 130 (uitgifte: 16-05-2023, regelingnummer: 2023/959)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
In afwijking van artikel 10 quater mogen de betrokken lidstaten in overeenstemming met dat artikel alleen voorlopige kosteloze toewijzingen verlenen aan installaties voor investeringen die tot en met 31 december 2024 zijn uitgevoerd. Emissierechten die overeenkomstig artikel 10 quater voor de betrokken lidstaten beschikbaar zijn voor de periode van 2021 tot en met 2030 en die niet voor dergelijke investeringen worden aangewend, worden, met het door de betrokken lidstaat vastgestelde percentage:
- a)
toegevoegd aan de totale hoeveelheid emissierechten die de betrokken lidstaat op grond van artikel 10, lid 2, moet veilen; of
- b)
aangewend ter ondersteuning van investeringen in het kader van het in artikel 10 quinquies bedoelde moderniseringsfonds in overeenstemming met de regels die van toepassing zijn op de opbrengsten uit emissierechten als bedoeld in artikel 10 quinquies, lid 4.
Uiterlijk op 15 mei 2024 stelt de betrokken lidstaat de Commissie in kennis van de respectieve hoeveelheden emissierechten die krachtens artikel 10, lid 2, eerste alinea, punt b), en, in afwijking van artikel 10 quater, lid 4, tweede zin, krachtens artikel 10 quinquies moeten worden aangewend.