AB 2012/26
Recht op een eerlijk proces. Relatie met EU-recht. Prejudiciële procedure. Geen arbitraire weigering stellen prejudiciële vraag. Redelijke termijn.
EHRM 20-09-2011, ECLI:NL:XX:2011:BX5616, m.nt. T. Barkhuysen en M.L. van Emmerik (Ullens de Schooten en Rezabek/België)
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- Datum
20 september 2011
- Magistraten
Danutė Jočienė, Françoise Tulkens, David Thór Björgvinsson, Dragoljub Popović, András Sajó, Işıl Karakaş, Guido Raimondi
- Zaaknummer
38353/07
3989/07
- Noot
T. Barkhuysen en M.L. van Emmerik
- LJN
BX5616
- Roepnaam
Ullens de Schooten en Rezabek/België
- JCDI
JCDI:ADS910542:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:2011:BX5616, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 20‑09‑2011
- Wetingang
EVRM art. 6
Essentie
Recht op een eerlijk proces. Relatie met EU-recht. Prejudiciële procedure. Geen arbitraire weigering stellen prejudiciële vraag. Redelijke termijn.
Samenvatting
Klagers zijn beiden bestuurders van een klinisch laboratorium, Biorim. Op 21 november 1998 zijn zij gearresteerd in het kader van een tegen hen lopend onderzoek wegens verdenking van fraude onder art. 3 Koninklijk Besluit no. 143 van 30 december 1982 (‘KB’). Dit KB treft een regeling waaronder gecertificeerde laboratoria een vergoeding konden krijgen voor het uitvoeren van bepaalde activiteiten. Klagers werden verdacht van en veroordeeld voor het misleiden van de autoriteiten met betrekking tot hun geschiktheid voor ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.