NJB 2018/1967
Beslissen op verzoek. Op verzoek van de Raad voor de Kinderbescherming beëindigt de rechtbank het gezag van de moeder. In hoger beroep verzoekt de moeder subsidiair de benoeming van een deskundige. Hoge Raad: Er moet van worden uitgegaan dat de moeder het subsidiaire verzoek heeft gehandhaafd. Het hof had op dat verzoek moeten ingaan
HR 19-10-2018, ECLI:NL:HR:2018:1984
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
19 oktober 2018
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders
- Zaaknummer
18/01175
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Personen- en familierecht / Gezag en omgang
Personen- en familierecht / Kinderbescherming
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:1984, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 19‑10‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:792, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑07‑2018
- Wetingang
(art. 23, 810a lid 2 Rv)
Essentie
Beslissen op verzoek. Op verzoek van de Raad voor de Kinderbescherming beëindigt de rechtbank het gezag van de moeder. In hoger beroep verzoekt de moeder subsidiair de benoeming van een deskundige. Hoge Raad: Er moet van worden uitgegaan dat de moeder het subsidiaire verzoek heeft gehandhaafd. Het hof had op dat verzoek moeten ingaan
Partij(en)
De moeder, adv. mr. S. Kousedghi, vs. de Raad voor de Kinderbescherming, niet verschenen.
Uitspraak
Feiten en procesverloop
Uit de moeder is in 2007 een dochter geboren. De moeder en de vader waren tot in 2017 gezamenlijk belast met het ouderlijk gezag over ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.