NJ 2013/288
Incidentele vordering tot overlegging of afgifte van stukken ex art. 843a Rv; tussentijds hoger beroep tegen vonnis in incident?; voorlopige voorziening in zin art. 337 lid 1 Rv?; tussenvonnis of eindvonnis?
HR 13-07-2012, ECLI:NL:HR:2012:BW3264, m.nt. H.B. Krans
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
13 juli 2012
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, A.M.J. van Buchem-Spapens, W.D.H. Asser, A.H.T. Heisterkamp, M.A. Loth
- Zaaknummer
11/02997
- Conclusie
A-G mr. E.M. Wesseling-van Gent
- Noot
H.B. Krans
- LJN
BW3264
- JCDI
JCDI:ADS96914:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2012:BW3264, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 13‑07‑2012
ECLI:NL:HR:2012:BW3264, Uitspraak, Hoge Raad, 13‑07‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 09‑06‑2011
- Wetingang
Essentie
Incidentele vordering tot overlegging of afgifte van stukken ex art. 843a Rv; tussentijds hoger beroep tegen vonnis in incident?; voorlopige voorziening in zin art. 337 lid 1 Rv?; tussenvonnis of eindvonnis?
Het vonnis waarbij de incidentele vordering ex art. 843a Rv is toegewezen, is noch een provisioneel vonnis als bedoeld in art. 337 lid 1 Rv, noch een eindvonnis. Art. 843a Rv biedt weliswaar in het algemeen een zelfstandige grondslag voor een vordering van degene die daarbij een rechtmatig belang heeft, welke vordering kan worden gedaan in een afzonderlijke procedure ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.