NJB 2023/2132

Onrechtmatige overheidsdaad. Vanaf 2005 weigert de gemeente mee te werken aan de verlening van een bouwvergunning voor een woning. Na een uitspraak van de Afdeling in 2009 verleent de gemeente alsnog de bouwvergunning. De aanvrager vordert schadevergoeding van de gemeente. Hoge Raad: 1. Verjaring. Aanvang verjaringstermijn. Onrechtmatig besluit. Onrechtmatige onzelfstandige voorbereidingshandeling. De verjaringstermijn van een rechtsvordering tot vergoeding van schade als gevolg van een onrechtmatig besluit van een bestuursorgaan vangt niet eerder aan dan de dag na die waarop de vernietiging van het schadeveroorzakende besluit onherroepelijk is geworden of het bestuursorgaan de onrechtmatigheid van het besluit heeft erkend. Hetzelfde geldt voor de verjaring van een rechtsvordering wegens een onrechtmatige onzelfstandige voorbereidingshandeling. 2. Schade. Begroting. Door een deel van de schade op wettelijke rente te begroten is het hof zonder toereikende motivering afgeweken van de grondslag van de vordering en heeft het hof geabstraheerd van omstandigheden. Weliswaar heeft de rechter vrijheid bij het begroten van de schade, maar dat laat onverlet het uitgangspunt dat zoveel mogelijk de werkelijke schade wordt vergoed. 3. Vrijstellingsprocedure. Ruimtelijke onderbouwing. Voor het verlenen van een vrijstelling op grond van art. 19 lid 3 WRO (oud) was een ruimtelijke onderbouwing niet noodzakelijk.