Einde inhoudsopgave
Europees-mediterrane overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Libanon, anderzijds
Artikel 86
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2006
- Redactionele toelichting
Gecorrigeerd via een rectificatie (Trb. 2015, 125).
- Bronpublicatie:
17-06-2002, Trb. 2002, 143 (uitgifte: 09-08-2002, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-04-2006
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-04-2006, Trb. 2006, 85 (uitgifte: 19-04-2006, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Marktintegratie
Douane (V)
Internationaal publiekrecht / Algemeen
1.
De partijen treffen alle algemene en bijzondere maatregelen die vereist zijn om aan hun verplichtingen krachtens deze overeenkomst te voldoen. Zij zien erop toe dat de in deze overeenkomst aangegeven doelstellingen worden bereikt.
2.
Indien een van de partijen van mening is dat de andere partij een verplichting van deze overeenkomst niet is nagekomen, kan zij passende maatregelen treffen. Alvorens dit te doen, behalve in bijzonder dringende gevallen, verstrekt zij de Associatieraad alle terzake doende informatie die nodig is voor een grondig onderzoek van de situatie, om een voor beide partijen aanvaardbare oplossing te vinden.
3.
Bij de keuze van maatregelen als bedoeld in lid 2 wordt voorrang gegeven aan maatregelen die de werking van deze overeenkomst het minst verstoren. De partijen komen voorts overeen dat deze maatregelen in overeenstemming dienen te zijn met het internationale recht en in verhouding dienen te staan tot de schending. Deze maatregelen worden onmiddellijk ter kennis van de Associatieraad gebracht; op verzoek van de andere partij wordt daaromtrent in de Associatieraad overleg gepleegd.